Het verhaal begint bij de Arbeitsinsatz, een
regeling waarbij Nederlandse jongens dwangarbeid moesten verrichten in
Duitsland. De Duitse mannen vochten aan de fronten en daarom werden in
de bezette landen jonge mannen goedschiks of kwaadschiks gedwongen om
in Duitsland te gaan werken:
Ik kan denk ik het beste
maar beginnen dat die uitzending begon van Nederlanders naar het buitenland,
dat was geloof ik in 1943. November '43, toen werd ik ook uitverkoren
door het arbeidsbureau en ik kwam terecht in Wilhelmshafen.
Wilhelmshafen is een kriegsmarine-werf.
Dus die was ook heel vaak doelwit van de geallieerden, wij zaten volop
al meteen in het feest. Wij hadden een prachtige behuizing, er waren honderden
huizen gebouwd voor de cadetten die in opleiding waren, maar er was geen
cadet te bekennen, want die zaten allemaal op schepen natuurlijk. Maar
voor de rest houdt alles op, want het was slecht van eten, het ene bombardement
volgde op het andere, zelfs de barakken waar wij woonden in die directe
omgeving, die werden ook steeds getroffen. Dus dat was geen pretje. Daar
zaten we -eens kijken, dat waren kamers van acht personen- daar zaten
we met acht Hollanders en wij moesten gaan werken in Sandenhuss, dat was
een kilometer of tien denk ik want we gingen er met de trein naar toe.
En wij waren de puinploeg.
Zo gauw als er een bombardement
was geweest, dan moesten de straten geruimd worden en de huizen moesten
gereinigd worden zo ver als dat kon en moest het puin weg. En dat was
onze taak; een man of tien vijftien. Puinruimen, dag in en dag uit of
soms gebouwen uitruimen, bijvoorbeeld die cadetten woningen. Als er een
paar getroffen werden, dan waren er natuurlijk een heleboel die beschadigingen
hadden, en dan moesten er pannen worden geruimd, en.. Je weet wel he.
Dat duurde zo tot augustus. En in augustus, mijn vader had een trucje
uitgehaald, die had toestemming gevraagd voor mij, of ik verlof kon krijgen,
want hij kon het fruit er niet afkrijgen, met name de kersen. Nou die
kersen zijn er in juli al af, maar dat wisten ze daar niet. Dus verdorie,
we kregen vergunning, ik mocht weg. En ik zei tegen mijn kamergenoot,
ook een Tielenaar, ik zei joh, ik ga zonder koffers en ik kan je nou al
vertellen, ik kom niet meer terug.
Mediaplayer
niet automatisch gestart? Klik dan op de radio en luister mee...
Hier het verhaal van Ben, een streekgenoot die als jongeman dingen moest
ervaren die nog steeds in zijn geheugen gegrift zijn alsof ze gisteren
gebeurden. Dingen, die het gevoel voor angst zo diep in zijn ziel gekerfd
hebben, dat hij dat nimmer kwijt zal raken. Eén van de vele duizenden
Nederlanders.